COLOMBIA – OVER AFRO'S, BOTERO, ESCOBAR & GARCÍA MÁRQUEZ - 41 (24082017) Dinsdag 21 maart 2017 – Santa Marta – Neerlandia – Aracataca Aracataca is aan het lunchen en/of siësta aan het houden, het Casa Museo Gabriel García Márquez en la Casa del Telegrafista zijn in ieder geval gesloten. Ik ga wat wandelen en kom op een treurig lelijke begraafplaats terecht waar op veel graven de namen en sterfdata er met de hand zijn opgeschreven met wat op een viltstift lijkt of een dun penseeltje en zwarte verf. De zon schijnt fel, het is warm, het is wat doods in Aracataca, toch wandel ik onverdroten verder en kom al doende onverwacht bij de vrijmetselaarsloge terecht. Mijn ondertussen al weer lang geleden overleden collega Pieter Hoekwater was nadat hij met pensioen was gegaan Vrijmetselaar geworden en hield mij met grote regelmaat op de hoogte van zijn progressie door de rangen: van zijn inwijding tot leerling via zijn bevordering tot gezel tot tenslotte zijn verheffing tot meester. Als tegenprestatie maakte ik foto's van de vrijmetselaarsloges die ik in Latijns-Amerika en in het Caribisch gebied tegenkwam en stuurde die dan naar hem toe. Hoewel ik zijn e-mailadres in het hiernamaals niet heb, is het een gewoonte die na zijn overlijden nog steeds een vast onderdeel van mijn reizen vormt. Zoals het Engelse spreekwoord zegt: Old habits die hard. Op de buitenmuur en buitengevel de vertrouwde vrijmetselaarssymbolen: van de passer en de winkelhaak, het alziend oog en de op de plek waar binnen de kansel stond uitgespaarde zespuntige ster der schepping. Op het met een ketting stevig afsloten roestige toegangshek van het iets meer dan honderd jaar geleden ingewijde gebouw staan de letters ALGD GADU, A LA GLORIA DEL GRAN ARQUITECTO DEL UNIVERSO, de afkorting waarmee de vrijmetselaars de schepper van hemel en aarde aanduiden. Het gebouw zelf ligt er totaal verlaten en verwaarloosd bij, abondonado zoals dat zo mooi in het Spaans heet. Ik klim over de muur en kom in de totaal verwilderde tuin terecht, de volgelingen van el Gran Arquitecto del Universo zijn duidelijk uit Aracataca naar elders vertrokken. De loge is helemaal leeggehaald, alles, maar dan ook alles is eruit gehaald en uitgesloopt. Op oude foto's zie ik naderhand hoe vertrouwd de loge was ingericht met de deels lichtblauw gesausde binnenmuren met symbolen, een sterrenhemel en tegen de achtermuur de kansel. En dan was er de plaquette waarop de namen van de fundadores, de oprichters, van de loge en hun graden waren vermeld. De meesten hadden de graden 1, 2 en 3, hetgeen volgens de in de blauwe vrijmetselarij gebruikte bouwsymboliek dus leerlingen, gezellen en meesters waren. Degene die me echt intrigeert is de eerst vermelde fundador Rámon D. Marás die graad 33 had, het hoogst bereikbare in wat in de Aloude en Aangenomen Schotse Ritus de witte vrijmetselarij wordt genoemd. Aldus wordt de wachttijd bekort totdat Aracataca weer tot leven komt. wordt vervolgd |