SOMS HERINNERT ARGENTINIË MIJ AAN
AFRIKA 9 - CULTUREEL ZWERFGOED (11032003)
Argentinië lijkt beslist niet op Afrika,
het tegendeel is eerder waar. De bevolking
is bijna 100% blank en laat te pas en vooral
te onpas weten van Europese afkomst te zijn,
zelden kom ik op straat een donker gekleurde
medemens tegen. De zon schijnt ook veel
minder en als het regent, voelt het regenwater
aan als een koude douche. Lang niet zo lekker
als een lauwe tropische regenbui. Zeker,
de corruptie schijnt groot te zijn, maar
aan de andere kant is er een goede en functionerende
infrastructuur. De Argentijnen laten zich
er graag op voorstaan in het meest Europese
land van Latijns Amerika te wonen en hebben
er alles aan gedaan om Buenos Aires zoveel
mogelijk op Parijs te laten lijken: brede
boulevards en statige huizen. Ondanks dit
alles gebeuren er regelmatig dingen die
mij aan Afrika herinneren, zoals deze week.
Het is volgens de Nigeriaanse wet ten strengste
verboden om cultureel erfgoed te verhandelen
of uit te voeren. Stelen is eveneens verboden,
zowel door de wet als door het geloof van
veel Nigerianen. In mijn geheugen staat
het zevende Bijbelse gebod "Gij zult
niet stelen" gegrift, maar ook iets
dat ik meerdere malen van islamitische Nigerianen
te horen kreeg. "Ik ben Moslim, dus
ik steel niet want mijn geloof verbiedt
dat." Toch gebeurt het ene zowel als
het andere met enige regelmaat. In mijn
ogen, levert de "Rode Lijst" van
het ICOM (International Council Of Museums)
daarvoor overtuigend bewijs. De lijst bevat
een overzicht van cultureel erfgoed dat
waar ook ter wereld uit musea is gestolen
en helaas komt uit Nigeria verdwenen erfgoed
er te vaak op voor. De in veel landen verboden
handel in voorwerpen die tot het culturele
erfgoed van welk land dan ook behoren, en
die meestal illegaal zijn opgegraven of
gestolen, is alles behalve dood. Dat gestolen
goed niet zou gedijen, betwijfel ik trouwens
al heel lang.
Wij maakten toevallig kennis met Peter
op het vliegveld van Lagos, tijdens de gedeelde
smart van lange uren wachten. Kort daarna
zaten Peter en ik weer samen op een vlucht
naar Amsterdam, we raakten aan de praat.
´t Ging over niets, zo van "wat
doe je en hoe lang woon je hier al?"
Peter woonde al meer dan twintig jaar in
Nigeria en handelde in melkpoeder en cosmetica.
Daarvoor reisde hij door het hele land.
Eén keer in de twee maanden ging
hij naar Europa om zijn gezin in Nederland
op te zoeken en om het geld dat hij de afgelopen
maanden had verdiend op de bank zetten.
Maar er was meer. Daar kwam ik op een volgende
gezamenlijke vlucht achter toen we een nieuw
onderwerp aansneden: onze verzamelingen.
Ik kralen, islamitische schrijfplanken en
aardewerk potten, Peter's passie was Nok
terracotta.
De Nok cultuur is de oudst bekende cultuur
van wat nu Nigeria is. De eerste vondst
werd gedaan in 1928 in een tinmijn bij het
dorpje Nok, zodoende. Er zijn schattingen
dat de Nok cultuur teruggaat tot de negende
eeuw voor onze jaartelling. Nok terracotta
werd en wordt gevonden in centraal Nigeria
in de omgeving van de stad Jos en in de
deelstaat Bauchi, alsook in de deelstaten
Katsina en Sokoto in het noordwesten. Nok
aardewerk is gemakkelijk te herkennen aan
de langgerekte cilindrische koppen, de driehoekige
vorm van de ogen met daarboven halfronde
wenkbrauwen en een fraaie haardracht.
Peter was beslist geen doorsnee Nokverzamelaar.
Alleen de mooiste stukken hield hij zelf,
wat hij niet goed genoeg vond, werd verhandeld.
Iedere trip had hij foto's bij zich van
illegaal opgegraven Noks die in de aanbieding
waren. Een soort Wehkampgidsje. Wat werd
besteld, werd de volgende reis Nigeria uit
en Nederland in gesmokkeld. Volgens het
door Nederland ondertekende Unidroitverdrag
is zowel de invoer als het verhandelen van
cultureel erfgoed verboden. Peter wist dat
donders goed. "Hoe doe je dat nu?"
vroeg ik hem eens. "De mensen weten
dat ik verzamel en zoeken me op. Ik hoef
er nooit om te vragen." "Maar
hoe krijg je de Noks het land uit?"
Net zoals ik deed, als ik spullen probleemloos
uit Nigeria wilde meenemen, nam Peter de
Noks mee in zijn handbagage "Ik heb
er vijf in mijn tas." Wij wisten beiden
uit ervaring dat bij het doorlichten van
de handbagage in Lagos op metalen voorwerpen
werd gelet, niet op aardewerk of hout of
glas. Cadeautjes of wat geld voor de controleurs
zorgde ervoor dat er niet werd gezeurd.
Nee, Peter maakte zich zichtbaar meer zorgen
over de douanecontrole bij aankomst op Schiphol,
dan over de controle voor het vertrek uit
Lagos.
Recent berichtte het dagblad "la Nación"
dat er de afgelopen jaren ongeveer twaalfduizend
boeken uit de wetenschappelijke bibliotheek
van de Zoo in Buenos Aires zijn verdwenen.
"Veel onvervangbare boeken die tot
ons nationale erfgoed behoren" zo verklaarden
diep teleurgestelde deskundigen. Toen ik
het artikel las, dwaalden mijn gedachten
af naar Lagos en naar Peter en zijn Noksmokkel.
Het lijkt er sterk op dat in Argentinië
hetzelfde aan het gebeuren is als in Nigeria.
Door desinteresse, armoede of gewoon door
gebrek aan kennis, begint cultureel erfgoed
ook hier in cultureel zwerfgoed te veranderen.
Meer informatie is te vinden op www.icom.museum/redlist/english/intro,html.
|